©Ssirozy | Dreamstime.com

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat informeert Kamerleden over beleid voor duurzame mobiliteit

Nieuws|Laatste update:

Ambtenaren van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat hebben onlangs voor de leden van de Tweede Kamer een technische briefing verzorgd over de beleidsmaatregelen duurzame mobiliteit. Tijdens de bijeenkomst met de Vaste Kamercommissie voor Infrastructuur en Waterstaat is onder meer gesproken over de knoppen die het kabinet heeft om de uitrol van elektrische voertuigen te stimuleren.

Elektrische personenauto’s
Aan het beleid van het ministerie liggen allereerst 3 bronnen ten grondslag: het nationale Klimaatakkoord, het Europese Fit for 55-pakket en het coalitieakkoord. Binnen het kabinetsbeleid voor duurzame mobiliteit zijn er 4 pijlers: duurzame energiedragers in mobiliteit, elektrische personenauto’s, verduurzaming van de logistiek en tot slot actieve mobiliteit en werkgeversaanpak.

Het doel voor elektrische personenauto’s is een marktaandeel van 100 procent in de nieuwverkoop in het jaar 2030 en 400.000 publieke laadpunten. De 3 belangrijkste knoppen waar daarbij momenteel aan gedraaid wordt, zijn fiscale stimulering in de vorm van bijtellingstarieven, motorrijtuigenbelasting (MRB) en aanschafbelasting (BPM); de aankoopsubsidie (SEPP) voor nieuwe en tweedehandsauto’s; en tot slot de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL).

Logistiek
Het doel voor verduurzaming in de logistiek ligt op 30 tot 40 steden met een zero-emissie zone voor stadslogistiek in 2025 en er zijn diverse doelen voor zero-emissie bestel- en vrachtauto’s, bussen in het openbaar vervoer en emissieloos bouwen.

De belangrijkste huidige knoppen waar het kabinet aan draait, zijn het instellen dan wel uitbreiden van zero-emissie zones voor stadslogistiek en subsidies voor emissieloze voertuigen en emissieloos bouwen.

Extra stimulering
De ambtenaren hebben de Kamerleden ook geïnformeerd over de (indicatieve) kosten en baten voor eventuele extra stimulering van elektrische voertuigen.

Zo kan de tweedehandsmarkt extra gestimuleerd worden wat een extra CO2-reductie van 0,4 megaton in 2030 oplevert. Een mix van beprijzen en normeren heeft een potentieel CO2-effect in 2030 van 1,4 tot 1,8 megaton. De kosten zouden dan 0 tot 0,5-3 miljard euro bedragen. Een mix van beprijzen, normeren en stimuleren heeft tot slot een potentieel CO2-effect van 1,9 tot 2,5 megaton. De ingroei van elektrisch vervoer komt dan uit op 73 procent in 2030. De kosten zouden 0 tot 2,2-3,5 miljard euro bedragen.

De presentatie van de ambtenaren van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is hier te downloaden. De beelden van de briefing zijn hieronder terug te kijken.

‹ Naar overzicht